De comeback van Remco Evenepoel: ‘Hij zat dicht tegen een depressie, maar nu is hij mentaal sterker dan ooit’

Remco Evenepoel: mentaal sterker dan ooit. © Getty Images

Na een onzachte aanraking met een wagen van bpost begin december leverde Remco Evenepoel (25) naar eigen zeggen de zwaarste strijd uit zijn leven. Maar de nummer drie van de Tour 2024 is er sterker uitgekomen, zo getuigen mensen uit zijn inner circle. ‘Zijn geloof is groot dat hij dichter bij Pogacar is gekomen.’

Een openzwaaiend portier aan het Kerkplein in Oetingen op dinsdagochtend 3 december: een banaal feit, maar wel eentje met verstrekkende gevolgen voor Remco Evenepoel. Kneuzingen aan beide longen, een luxatie van het sleutelbeen en breuken aan een rib, zijn rechterschouderblad en rechterhand, zo luidt het verdict.

Voor de dubbele olympisch kampioen van Parijs betekent het een abrupt einde van zijn trainingsopbouw voor het nieuwe seizoen, waar hij nog maar net vol enthousiasme aan begonnen is.

‘Het was een heftige mentale klap’, zegt Dario Kloeck, neef en boezemvriend van Evenepoel en ook een van de mecaniciens bij Soudal Quick-Step. ‘De eerste dagen leek het nochtans mee te vallen. Hij richtte zijn blik meteen vooruit. ‘Een beetje langer rust en dan beginnen we er weer aan’, merkte hij hoopvol op. Maar dat optimisme veranderde al snel toen duidelijk werd dat die volledige inactiviteit langer zou duren dan gepland of dan hij zelf vooraf had gedacht.’

‘Rond de kerstperiode kende hij zijn zwaarste moment, zijn dieptepunt. We waren met de voltallige ploeg op stage geweest in Calpe, terwijl hij geïsoleerd thuis zat. Hij kwam toen nauwelijks of niet buiten. Ik hoorde hem nog dagelijks, maar toch was het moeilijk om echt contact te hebben. Hij reageerde lauw en eerder onverschillig, wat totaal niet zijn gewoonte is. Hij zat op dat moment tegen een depressie aan, zo voelde het toch voor mij aan.’

Grotere impact dan eerst gedacht

Nicolas Coosemans, Evenepoels vaste mecanicien, bevestigt dat beeld. ‘Het bleef beduidend stiller van zijn kant. De impact was groter dan we inschatten. Remco is niet iemand die snel gaat klagen, maar dat hij nu benoemde hoe moeilijk hij het had, gaf aan dat het diep zat.’

‘Je mag niet onderschatten hoe belastend het vorige seizoen was. Na die valpartij in de Ronde van het Baskenland moest hij keihard werken om klaar te geraken voor de Tour. Daarna trok hij door tot de Olympische Spelen. Ook al verliep dat allemaal heel positief, je mag niet onderschatten hoe zwaar dat woog.’

Remco Evenepoel op de uitreiking van het Sportgala, toen hij nog niet mocht fietsen na zijn val. © BELGA

‘Het was de val te veel’, meent David Geeroms, de verzorger van Evenepoel. ‘Na die in de Ronde van het Baskenland was het immers de tweede met een grote impact op minder dan een jaar tijd. Daar heeft hij het heel moeilijk mee gehad.’

Een logisch verhaal, beaamt trainer Koen Pelgrim: ‘Bij zijn eerste zware valpartij in de Ronde van Lombardije in 2020 overheerste de opluchting dat hij nog leefde. Je krabbelt recht en gaat weer door, maar mentaal wordt het elke keer een grotere uitdaging, vooral als de tegenslag zo kort volgt op de vorige.’

‘Ik ervaarde een duidelijk verschil met zijn gemoedstoestand in vergelijking met na die crash in het Baskenland’, klinkt het bij David Geeroms. ‘Toen hij in april ’s avonds in het hotel met een draagverband aankwam, nadat hij in het ziekenhuis de diagnose had gehoord – een sleutelbeen- en schouderbladbreuk – schertste hij nog: ‘Zie mij hier nu staan.’ Ditmaal kon hij er niet mee lachen, deze tegenslag hakte er stevig in.’

De immer hyperambitieuze Remco, zoals zijn entourage die kende, gaf even niet thuis. Geeroms: ‘Hij uitte in die periode vaak zijn twijfels. Gaat het nog wel goed komen? Waarom ik weer? Het was de eerste keer in zijn carrière dat we hem zo hoorden spreken.’

Ploegleider Klaas Lodewyck begrijpt waarom: ‘Remco was na die fantastische prestaties in de Tour en op de Olympische Spelen de winter ingegaan met een goed gevoel. Hij had een mooie, lange vakantie genomen om goed hersteld aan het nieuwe seizoen te beginnen en dan kreeg hij plots die klap te verwerken.’

‘Dat leidde tot veel vraagtekens. Ga ik last ondervinden van die schouders? Op welk niveau ga ik moeten herbeginnen? Wat komt er tijdens de revalidatie nog op mijn pad?’

De ommekeer

In een uitgebreid Instagrambericht half april, enkele dagen voor zijn comeback in de Brabantse Pijl, komt Evenepoel terug op wat hij ‘de zwaarste strijd in mijn leven tot dusver’ noemde. Mentaal en fysiek zat hij onder nul en hij spreekt van een periode vol twijfels, frustraties en tranen. Hij bedankt uitvoerig zijn vrouw Oumi, zijn ouders, zijn familie en zijn naaste vrienden, die hem telkens een hart onder de riem staken wanneer hij zich slecht voelde.

‘Rond de kerstperiode kende hij zijn dieptepunt. Hij zat op dat moment tegen een depressie aan.’

‘Om hem weer op te krikken zijn we samen enkele keren naar het voetbal gaan kijken’, vertelt Dario Kloeck. ‘Zijn passie voor voetbal is nooit verdwenen, dat werkte voor hem dus wel ontspannend. Bij mij thuis hebben we FIFA gespeeld op de PlayStation en ons ouderwets geamuseerd met een potje darts. Remco is ook een dag of tien naar de zon getrokken om daar mentale rust te vinden. Hij heeft gesprekken gevoerd met de psycholoog van de ploeg (Michaël Verschaeve, nvdr), maar vooral door zich te omringen met de mensen die hij graag heeft, slaagde hij erin om mentaal te herbronnen. Toen hij eind januari, begin februari opnieuw mocht fietsen, is zijn moreel snel weer omhooggegaan.’

Vooral de laatste vijf weken voor zijn terugkeer in competitie, vult Klaas Lodewyck aan. ‘Dat was het startpunt van wat je deftige trainingskwaliteit kunt noemen. Voordien beperkte zijn trainingen zich tot drie, vier keer per week een uurtje voorzichtig fietsen en verder puur revalideren bij de kine. Toen zijn dagen opnieuw volledig gevuld waren, zag ik hem weer helemaal openbloeien. Dat was de ommekeer, het bracht hem een gevoel van bevrijding, verlossing. Uiteindelijk is elke atleet het gewend om routine in zijn dagen te steken. Wanneer je die kunt opbouwen, kun je pas echt vooruit beginnen te kijken.’

Innerlijk houvast

In het bewuste Instagrambericht deelt Evenepoel ook hoe fijn het is om samen met Oumi te bidden. Aan de vooravond van zijn comeback gaat hij er voor de eerste keer op in tijdens een interview op een gezamenlijk persmoment. ‘Ik heb het geloof steeds meer ontdekt in het afgelopen jaar. Voor mij is het een houvast dat me helpt om door het leven te gaan.’

Hoewel zijn beleving van de islam op de sociale media op veel begrip en steun kan rekenen, duiken er ook haatdragende en racistische reacties op – onder andere in de supportersgroep De Ket van Schepdaal op Facebook.

‘De juridische dienst is ingeschakeld, dit moet stoppen’, reageert een boze vader Patrick Evenepoel. Wanneer sportjournalist Ruben Van Gucht niet veel later in het VRT-programma De Afspraak een ongelukkige opmerking maakt over Evenepoels schoonfamilie, laat ook de renner zelf van zich horen. ‘Absurd, respectloos en complete onzin’, zo veroordeelt hij scherp de uitspraken van Van Gucht.

‘Je mag dan nog zelfverzekerd zijn, sterk in je schoenen staan en weinig aandacht besteden aan wat er allemaal over je gezegd en geschreven wordt, op een of andere manier kruist dat toch je pad’, geeft Nicolas Coosemans aan. ‘Maar er zwaar aan tillen? Nee, dat doet Remco niet. Hij kan gemakkelijk de knop omdraaien en die zaak achter zich laten.’

‘Elke topsporter heeft zowel voor- als tegenstanders en op de sociale media voelt iedereen zich blijkbaar geroepen om zijn mening te ventileren. Ik zal niet zeggen dat je het gewoon wordt als je bagger over je heen krijgt, maar je leert er wel mee leven en je gaat het relativeren op den duur’, aldus David Geeroms. ‘Of zijn geloof hem helpt om zaken in perspectief te plaatsen of om er mentaal weer bovenop te komen na een revalidatie, weet ik niet. Dat zijn privézaken waar we zelden over praten.’

Ook met zijn neef of ploegleider weidt hij er niet vaak over uit, al zegt die laatste: ‘We weten al een tijdje dat het geloof een plaats in zijn leven inneemt, in die zin kwam die Instagrampost voor ons niet als een verrassing.’ Bij Lodewyck, Kloeck en Geeroms klinkt het unisono: ‘Als hij er kracht uit put, is dat alleen maar waardevol’.

De bevestiging

Waar Evenepoel zich allicht nog meer aan optrekt, zijn de prestaties die hij levert bij zijn wederoptreden. ‘Tijdens de voorafgaande stage op de Sierra Nevada hadden we al kunnen constateren dat zijn niveau hoog lag, maar onmiddellijk bij je wederoptreden een klassieker winnen is nog een andere zaak’, onderstreept David Geeroms.

‘Dat hij dat voor mekaar kreeg, heeft hem enorm veel vertrouwen gegeven. Ik durf zelfs te stellen dat hij die prestatie echt nodig had voor zichzelf, om de bevestiging te krijgen: ik doe opnieuw mee.’

Nicolas Coosemans zag de kopman van Soudal Quick-Step opfleuren en stralen als vanouds. ‘Ook al overheerste de blijdschap om opnieuw te kunnen koersen, toch stond hij met twijfels aan de start. Hoe goed ga ik zijn? Hoe zal mijn lichaam reageren tijdens de koers? Die overwinning in de Brabantse Pijl heeft zijn vastberadenheid aangewakkerd en zijn geloof in eigen kunnen versterkt.’

Remco Evenepoel won bij zijn eerste koers bij zijn comeback. In de Brabantse Pijl versloeg hij Wout van Aert. © Belga/AFP via Getty Images

Dat zat al wel even snor, nuanceert Klaas Lodewyck. ‘Van zodra hij een rugnummer opspelde, wilde hij scoren. Dat deed hij in Overijse en ei zo na twee dagen later in de Amstel Gold Race.’

Media en publiek verlekkeren zich al op een titanenduel met Tadej Pogacar in Hoei en vooral in Luik, maar Evenepoel kan de verwachtingen niet inlossen. Van een nieuwe mentale dip is echter geen sprake. ‘Als geboren winnaar was er natuurlijk teleurstelling, maar zorgen heeft hij zich niet gemaakt’, stelt Coosemans. ‘Remco heeft in alle rust samengezeten met Klaas en ze hebben de situatie nuchter geanalyseerd. Als je van ver moet terugvechten, horen pieken en dalen er onvermijdelijk bij.’

Eenzelfde geluid is te horen bij David Geeroms. ‘Dat er nadien een terugslag kon komen omdat hij nog duurvermogen miste, dat hadden we ingecalculeerd. Remco zelf ook, hij wist vanwaar hij kwam: van onder nul in december.’

Minder snel panikeren

Zijn basis was onvoldoende, valt Dario Kloeck Geeroms bij. ‘Na die prestaties in de Brabantse Pijl en de Amstel Gold Race – Pogacar terughalen vond ik nog straffer dan Wout van Aert verslaan in een langgerekte sprint – waren de mensen misschien al vergeten vanwaar hij kwam. Hij had één hoogtestage achter de rug. Daarmee kun je niet alles goedmaken tegenover renners die een vlekkeloze voorbereiding hebben gekend.’

Maar onzekerheid? Nee, absoluut niet, vervolgt Kloeck. ‘Ik stel vast dat Remco, ondanks die moeilijke periode in december, nog weerbaarder is geworden, minder snel panikeert. Mocht hij twee of drie seizoenen geleden zo’n dag als in Luik hebben meegemaakt, een dag waarbij hij er een beetje doorzakt, dan zou hij ’s avonds niemand willen horen en in zijn coconnetje blijven. Nu kreeg ik hem die zondagavond al aan de lijn. Hij belde me vanop de massagetafel en hij klonk alweer opgewekt en gefocust op de toekomst. Zo zie je dat hij ook op dat vlak gegroeid is.’

Remco Evenepoel actief tijdens de Ronde van Romandië: daar kon hij extra koershardheid kweken. © Getty Images

Nieuwe prikkels

Na Luik-Bastenaken-Luik volgde onmiddellijk de Ronde van Romandië. ‘Een meevaller’, vindt Lodewyck. ‘Daardoor was er geen tijd om zaken te overdenken of twijfel te laten binnensluipen, en het was vooral ook fysiek welgekomen. Zijn gewicht stond nog niet helemaal op punt in Luik en bovendien kon hij in Romandië extra koershardheid kweken: weerstand opbouwen en het lichaam gewend maken aan meerdere prikkels.’

Dario Kloeck nam in Romandië waar dat ‘Remco bergop een strak tempo kon aanhouden zonder te forceren. In de koninginnenrit naar Thyon 2000 nam hij Junior Lecerf op sleeptouw en stimuleerde hij hem continu door aanmoedigingen te roepen via de oortjes. Hij heeft er veel voldoening uitgehaald om eens iets terug te doen voor een jonge renner, om eens een dienende rol op zich te nemen.’

‘Die week heeft hem echt deugd gedaan, temeer omdat hij de afsluitende tijdrit kon winnen. Die ritzege vormde de ideale boost om de hoogtestage te starten en zich voor te bereiden op de Dauphiné en de Tour. Het gaf hem nóg een surplus aan mentale weerbaarheid.’

De volgende stap

‘Ik moet vertrouwen hebben dat ik de kloof met Pogacar op zijn minst kan verkleinen.’ Na zijn laatste wedstrijd van 2024, de Ronde van Lombardije, blikt Remco Evenepoel al vooruit naar het nieuwe seizoen. In Parijs bedroeg dat verschil vorig jaar ruim negen minuten. ‘Iedereen zag al na vijf, zes dagen hoe Pogacar rondreed’, verklaart Klaas Lodewyck.

‘Dan moet je het slim aan boord leggen: willen we onszelf voorbij hollen en met ons gezicht tegen de muur lopen of pakken we het iets meer behoudend aan? Belangrijk is dat je vooraf verschillende scenario’s doorpraat. En dat je, eenmaal je weet welk niveau je zelf haalt, ook vasthoudt aan het afgesproken scenario. Na zijn eerste Tourdeelname weet hij nu beter wat er op hem afkomt. Dat betekent niet automatisch dat hij nog beter zal presteren, maar die ervaring gaat hem sowieso van pas komen.’

Remco Evenepoel wil in de komende Tour de kloof met Tadej Pogacar verkleinen. © Belga/AFP via Getty Images

David Geeroms stond bij Evenepoels Tourdebuut al versteld van diens evenwicht en de zelfbeheersing, zo liet hij in december in Knack optekenen. Ondanks het mediacircus met veel druk, ‘genoot Remco ervan om in de koers van zijn dromen te kunnen rijden. Ik was soms verbaasd hoe hij in alle omstandigheden rustig bleef. Naast en ook in de koers.’

En dat ondanks een voorbereiding die verre van optimaal was, voegt hij er nu aan toe. ‘Hij kwam enorm matuur over, ook in hoe hij het meesterschap van Pogacar aanvaardde, wat voor een winnaar pur sang als Remco niet evident was.’

Grootste druk op zichzelf

Dat extra jaar ervaring is slechts één van de elementen die Geeroms doen vermoeden dat het verschil met Pogacar kleiner zal zijn dan vorig jaar. ‘Na alles wat hij heeft meegemaakt, en de wijze waarop hij zich daaruit heeft geknokt, is hij mentaal weer gegroeid. Daarom verwacht ik dat de kloof in Parijs geen negen minuten meer zal bedragen, en dat hij een cruciale stap zal zetten richting een mogelijke eindzege volgend jaar of over twee jaar.’

Dario Kloeck formuleert het met klem: ‘Remco rekent erop dat hij op de cols langer zal meegaan dan vorig jaar. Na die podiumplaats zijn de verwachtingen van de buitenwereld hooggespannen, maar hij gaat op een indrukwekkende manier om met de druk van pers, publiek en entourage. De grootste druk legt hij trouwens zichzelf op. Hij legt de lat bijzonder hoog en wil bij zijn tweede deelname absoluut niet voor minder gaan. Wanneer hij zich een doel stelt, slaagt hij er doorgaans ook in om dat te bereiken. Doorzettingsvermogen is dan ook zijn grootste kracht.’

‘Remco weet nu beter dan bij zijn debuut wat er op hem afkomt. Die ervaring gaat hem van pas komen.’

Nicolas Coosemans benadrukte het vorig jaar ook in Knack toen hij beschreef hoe Evenepoel de gravelrit van de Tour 2024 verkende. ‘Het regende constant en het was koud. Toch wilde Remco de volledige etappe afleggen, bijna tweehonderd kilometer. We hebben vaak gezegd: gaat die nu blíjven rijden? Remco was half doorweekt, had elke kilometer in de auto kunnen stappen, maar heeft daar nooit aan gedacht. Ook niet toen hij stopte voor een nieuwe regenjas en handschoenen. Op zulke momenten zie je de enorme doorzetter in hem.’

Coosemans besluit vol vertrouwen: ‘Zijn geloof is groot dat hij dichter bij Pogacar is gekomen, maar zich vergelijken met de wereldkampioen? Hij wil zijn eigenheid niet kwijt, dat gaat hij nooit doen. Daarvoor is hij te veel Remco.’

‘Remco Evenepoel omarmt openlijk de islam. Daar is niets mis mee – het is zelfs moedig’

Werken aan de beste Remco: alles aangescherpt

De aanpak van Tadej Pogacar proberen te kopiëren, daar wil de entourage van Remco Evenepoel niet van weten. ‘Iedereen erkent dat Pogacar op dit moment de maatstaf is voor wat nodig is om te winnen’, zegt Evenepoels trainer Koen Pelgrim.

‘En wie Remco kent, weet dat hij zijn sport vooral beoefent om te kunnen winnen. Maar het heeft geen zin om ons blind te staren op wat Pogacar doet. Remco wil niets liever dan hem kloppen in de Tour, maar daarvoor werkt hij – met onze steun – vooral keihard toe naar de best mogelijke versie van zichzelf.’

Die werkwijze is nagenoeg ongewijzigd. Pelgrim licht toe: ‘We houden vast aan de structuur, met enkele kleine accentveranderingen zoals bepaalde intervallen die we vroeger inplannen. Klimtrainingen blijven de kern, aangezien het aantal tijdritkilometers in een grote ronde de laatste jaren beperkt is. Die elf kilometer naar Peyragudes zijn geen speeltuin voor tijdritspecialisten. Wie het best bergop fietst, zal er het sterkst uit de verf komen.’

Gelijkaardige voorbereiding

Naast de manier van werken is ook de voorbereiding heel gelijkaardig: drie weken Sierra Nevada, dan de Dauphiné en nog een week stage in de Alpen. Wat wél verschilt, is hoe hij die periode is ingegaan. Door zijn val in het Baskenland liep hij vorig jaar wat achter de feiten aan. Het was kantje boord, de puzzel viel pas op het allerlaatste moment in elkaar. We verwachten dat het niveau waarop hij nu aan de voorbereiding begon, in zijn voordeel zal spelen.’

‘In de stage voor de Dauphiné moest hij zich veelal beperken tot rustigere ritten, nu heeft hij intensievere blokken kunnen draaien’, vult ploegleider Klaas Lodewyck aan. ‘Ook op langere inspanningen, waar hij vorig jaar wat tekortkwam, heeft hij meer kunnen trainen. We weten bovendien met meer zekerheid wat zijn ideale gewicht is. Daar kunnen we gericht naartoe werken.’

Pelgrim bevestigt: ‘Terwijl we daar vorig seizoen op relatief korte termijn moesten geraken, hebben we nu wat meer marge om gelijkmatiger af te bouwen. Zo recupereert hij sneller en blijft de spiermassa beter behouden. Kortom, het heeft hem zo min mogelijk energie gekost om zijn streefgewicht te halen – en dat zou zelfs nog iets lager kunnen liggen dan bij de Tourstart in 2024. Aan hittetraining besteden we uiteraard evenzeer aandacht’, werpt Pelgrim op.

‘Op de Sierra Nevada is dat gemakkelijk, daar loopt de temperatuur elke dag hoog op, maar ook daarna is het cruciaal om dat te onderhouden. Dat kan door een combinatie van methodes – warmtekamer, aangepaste kledij op de rollen, sauna, een erg warm bad. Essentieel is wel dat het mentaal haalbaar blijft naast alle andere prikkels die je wilt geven.’

Kortere cranks

Wat met het materiaal? Mecanicien Nicolas Coosemans: ‘Remco schakelde vorig jaar al over op kortere cranks, van 170 naar 165 millimeter. Daar veranderden we nu niets aan. En voor wie beweert dat Ilan Van Wilder op exact dezelfde fiets rijdt: Ilan gebruikt cranks van 167,5. Voor een korte inspanning is zijn fiets een prima alternatief, maar niet voor een volledige rit.’

‘Verder: Remco’s tijdrit- en klimfiets zijn voorzien van licht verniste frames, zonder gouden laklaag, wat ze net dat tikkeltje lichter maakt. Maar in een bergrit haalt Remco – ijdel als hij is – soms toch zijn gewone gouden fiets van stal’, lacht Coosemans.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

OSZAR »